De appels en peren van Maarten - In de boomgaard van Parkvilla
De mensen uit de wijken rond Park Rijnstroom kennen hem allemaal: Maarten Dekker. Of in ieder geval de boomgaard die hij onderhoudt. De boomgaard van 2 vierkante kilometer is te vinden bij het idyllische huis achter het restaurant in het park. Veertig appel-, peren- en pruimenbomen vullen het groene eldorado en leveren fruit dat Maarten en zijn vrijwilligers verkopen in het winkeltje bij het huis.
Het was in 1950 dat de vader van Maarten tuinbaas werd op het terrein van de Martha-Stichting. Samen met zijn vrouw en hun twee kinderen kwam hij in de tuinmanwoning wonen. Cornelis Geel, oprichter van de Martha-Stichting die onderdak bood aan ‘ontheemde’ kinderen, liet de jongeren in onderhoudsploegen werken om een vak te leren. Daartoe hoorde ook werken op de boerderij en in de moestuin bij meneer Dekker.
Maarten, inmiddels 79, werkte tot zijn 64ste bij het RIVM. Zijn vader onderhield de boomgaard tot zijn 81ste. Maarten hielp die laatste jaren regelmatig mee. Toen zijn vader stopte, nam hij het over. “Het moest een plekje krijgen in mijn leven”, vertelt de fitte zeventiger. “Ik wilde me goed inleven én inlezen. Nog steeds lees ik veel om op de hoogte te blijven.”
Wat hij leert, brengt hij over op zijn vrijwilligers. Want na een eerste periode waarin Maarten het alleen deed, kan hij nu leunen op een groepje van zo’n vijf trouwe vrijwilligers.
De boomgaard vraagt veel aandacht. Regelmatig maaien, de heggen knippen, maar vooral de bomen vragen tijd. En steeds vaker is het nodig om de vochthuishouding op peil te houden.
Het complete interview met Maarten lees je in ons najaarsmagazine, die binnenkort bij je op de mat valt!